Cambodja: The Killing Fields en Angkor Wat

Na onze Mekong boottrip staan we met de groep te wachten op de bus die ons vanaf de grens naar de hoofdstad Phnom Penh zal brengen. Er arriveert een wat oudere bus, waar we ondanks een moedige poging niet met dertig man inpassen. Gelukkig weet de chauffeur nog een kleiner busje te regelen. Eenmaal onderweg valt ons op hoe plat Cambodja wel niet is: we kunnen kilometers ver kijken! De hoofdstad ligt 40 kilometer verderop en de busrit zou dan ook niet langer moeten duren dan 45 minuten. Na twee bijna-botsingen met loslopende koeien komen we op een asfaltweg in aanbouw, wat betekent dat het onwijs stoffig is en we geen hand voor ogen zien (en als wij al niks zien..). Het begint ook al donker te worden, waardoor het zicht er niet beter op wordt. Iedereen in de bus houdt iets voor de mond en neus om het stof niet te hoeven inademen. Het wordt nog spannender als blijkt dat de bus kuren heeft. Het lijkt alsof de versnellingsbak niet helemaal naar behoren functioneert waardoor de motor meerdere malen afslaat. Als we op een gegeven moment helemaal stilstaan, claimt de chauffeur dat de benzine op is. Hij belt met het hotel waarbij hij is aangesloten en geeft de telefoon aan Simon, een Engelse binnen onze groep. De dame aan de lijn probeert hem uit te leggen dat wij de chauffeur 5 dollar moeten lenen zodat hij benzine kan gaan halen, het moet niet gekker worden!! We besluiten geen geld te geven en op een of andere miraculeuze wijze blijkt onze vriend de buschauffeur toch geld te hebben om benzine te halen. Hij springt achter op de scooter en komt een paar minuten later terug met een jerrycan benzine. Opgelucht stappen we weer in de bus om onze reis voort te zetten. Jammer genoeg slaat de motor nog een paar keer af en zijn we al drie keer uitgestapt om te wachten tot onze chauffeur besluit weer een poging te wagen. Als we de vierde keer stilstaan aan de kant van de weg (en het is ondertussen pikkedonker!), zijn we er sterk van overtuigd dat onze chauffeur ons in het ootje probeert te nemen. We hebben eerder gelezen dat dit vaker gebeurt. Ze proberen de busreis zo lang mogelijk te rekken om ervoor te zorgen dat je als toerist zo laat mogelijk aankomt. Ze zetten je dan af bij hun hotel en hopen dat je vanwege vermoeidheid geen zin meer hebt om verder te zoeken naar een ander hotel. Hier hebben we geen zin in!

Met twintig man staan we aan de kant van de weg om ander vervoer te regelen. Dat gaat vrij makkelijk. Een aantal mensen springen in een Cambodjaanse taxi (een motor met een soort oplegger met planken als zitjes) en wij krijgen met nog zes anderen een lift van een pick-up truck. Zes man achter in de bak en wij bij de chauffeur en twee van zijn vrienden in de auto. We zitten met een onwijs aardige Cambodjaan achterin en hij vertelt ons in goed engels een aantal interessante dingen over Cambodja. Na twintig mintuten staan we veilig en wel in het centrum van Phnom Phen, een stad die er een stuk moderner uitziet dan we hadden verwacht. We bedanken de chauffeur en zijn vrienden hartelijk en willen ze geld geven voor de bewezen dienst, maar daar willen ze niks van weten, zo kan het dus ook! Met z'n zessen pakken we een tuktuk naar het Okay Guesthouse waar we een reservering hebben. De kamer ziet er goed uit en we checken dan ook meteen in. We eten een hapje bij het hostel en komen bijna iedereen van de groep tegen! We drinken uiteindelijk met iedereen op de goede afloop van een toch wel spannende eerste kennismaking met Cambodja.

Op zondagochtend zitten we rond half tien met z'n zessen aan het ontbijt. Na stevig onderhandelen huren we twee tuktuks voor de dag. Ons eerste station zijn de Killing Fields. De Killing Fields (of Choeung Ek Genocide centrum) reflecteren de meest barbaarse acties van het Ultra Communistische Khmer Rouge Regime gedurende de periode 1975-1979. De Khmer Rouge (of het Rode Leger) onder leiding van Pol Pot, implementeerde één van de meest verschrikkelijke revoluties die de mensheid ooit heeft meegemaakt. Gedurende vier jaar werden honderdduizenden Cambodjanen uit de steden verdreven naar het platteland, waar ze werden doodgemarteld of geëxecuteerd. Duizenden hoger opgeleiden of mensen die een buitenlandse taal spraken, werden bestempeld als parasieten en systematisch uitgeroeid.
Als direct resultaat van het gevoerde beleid van het rode leger, stierven bijna drie miljoen mensen (eenderde van de bevolking) in een periode van vier jaar. In Choeung Ek zijn ongeveer 20.000 mensen geëxecuteerd en vermoord. 129 massagraven en 8000 menselijke schedels geven een beeld van deze horrorperiode in Cambodja.

Met een brok in onze keel lopen we door dit gebied waar nog steeds overal kleren liggen die vanuit de aarde het oppervlakte opzoeken. Het rare is dat het nu een mooi groen en vredig gebied is waar kinderen buiten de hekken spelen. Het geheel roept veel vragen op, maar weinig antwoorden. Na dit treurige bezoek brengen de tuktuks ons naar het Tuol Sleng museum. In 1975 werd deze voormalige school door het Pol Pot leger omgedoopt tot gevangenis S-21, het grootste centrum van gevangenschap en marteling in het land. Bijna iedereen die hier werd vastgehouden is later vermoord bij Choeung Ek. We worden rondgeleid door een Cambodjaanse dame die ons de martelkamers laat zien. In het tweede gebouw zijn de muren gevuld met zwart-wit foto's van gevangenen, een heftige confrontatie met het recente verleden van dit land. Onze gids vertelt dat ze tijdens de oorlog met haar moeder 300 kilometer heeft gelopen gedurende een periode van vier maanden. Haar vader en broer zijn vermoord en tijdens de tocht stierven veel mensen van uitputting en ondervoeding. Er zijn geen woorden voor wat deze mensen allemaal hebben meegemaakt!

Na deze heftige ochtend besluiten we voor vanmiddag een wat luchtiger bezoek te brengen aan het koninklijk paleis. Na een lekkere maaltijd wandelen we naar het paleis. Het is wat later op de middag en daarom lekker rustig. We genieten van het aangezicht van het geweldige paleis en de zilveren pagoda. De gelaagde daken en hoge torens doen ons denken aan het paleis in Bangkok. 's Avonds eten we met z'n twaalven bij een echt Khmer restaurant in de stad. Op het menu staan onder andere curry met rijst, kikker met groenten en veel vis- en vleesgerechten. Tijdens een heerlijke maaltijd kletsen we gezellig na over de dag van vandaag en de Mekong trip die we met zijn allen gedaan hebben. Na het eten zeggen nemen we afscheid van iedereen, want de meeste gaan al door naar Siem Riep de volgende dag.

Op maandag besluiten we lekker rustig aan te doen. Na een langgerekt ontbijt nemen we een tuktuk naar het Tuol Sleng museum waar we de film zien die twee maal per dag draait. We komen Simon en Sarah daar tegen en spreken af 's avonds een hapje te gaan eten. Daarna zoeken we nog even een internetcafé op om daarna wat te chillen in het hotel. We eten 's avonds gezellig met Sarah en Simon in het backpackersgedeelte van de stad.

Dinsdagochtend vroeg uit de veren! Om half acht vertrekt onze bus richting Siem Riep. De weg is behoorlijk goed en ook vanwege het platte landschap schiet de busreis lekker op. Het valt wel op dat de buschauffeur steeds op het laatste moment remt als er een voertuig voor ons zit, wat uiteindelijk ook fout gaat. De bus moet pal op de rem voor een ander remmend voertuig en met een klap knalt er een vrachtwagen op onze achterkant. Afgezien van een deuk aan de achterkant van de bus is er bij ons niets aan de hand. De voorkant van de vrachtwagen (gevuld tot de nok met bakstenen) ligt helemaal in de kreukels en de twee mannen die voorin zaten, worden afgevoerd naar het ziekenhuis. De hele kant van de weg staat vol met Cambodjanen die het gebeuren aanschouwen. We wachten anderhalf uur voordat we onze reis kunnen voortzetten in een andere bus. Rond vier uur komen we heelhuids aan op onze eindbestemming. Als we de bus uit willen stappen worden we bijna omver geduwd door de tuktukchauffeurs die ons een ritje aan willen bieden, help! Gelukkig hebben we al een hotel met pick-upservice geregeld en als we ons een weg weten te banen in de menigte stappen we snel in. We zijn nogal hongerig en lopen naar 'pubstreet' in het centrum, waar we een lekker hapje eten. Ondanks dat Cambodja één van de armste landen van Zuidoost Azië is, zijn de prijzen hier behoorlijk hoog en zien we veel gigantische hotels en gebouwen. Het verschil tussen arm en rijk moet wel erg groot zijn.

Op woensdagochtend maken we ons klaar voor een bezoek aan ‘s werelds grootste religieuze gebouw; Ankor Wat. De tempels van Angkor, de hoofdstad van het eeuwenoude Cambodjaanse Khmerrijk, stammen uit de 9de tot 13de eeuw. De honderden tempels reflecteren een centrum van een rijk dat zich uitstrekte van Birma tot aan Vietnam. Een stad die op zijn hoogtepunt meer dan een miljoen inwoners had, in een tijd waarin Londen nog niet eens uit 50.000 inwoners bestond. Samen met een Engelse gast die we die ochtend aan het ontbijt hebben ontmoet, regelen we een tuktuk die ons naar het historisch park brengt. We kopen een driedaags ticket voor veertig dollar. De eerste halte is natuurlijk de meest beroemde tempel van dit park: Angkor Wat. We lopen door deze adembenemende tempel, waarna de tuktuk ons brengt naar de Angkor Thom en de Bayon tempel. Het is ongelofelijk dat we wandelen door de ruines van wat ooit een stad was! Na de lunch lopen we door wat meer vervallen tempels en over het olifantenterras. Als laatste nemen we een kijkje in Ta Prohm, een tempel waar natuur en tempel één zijn geworden. Door het hele complex groeien de bomen op en door de tempels, een geweldig gezicht! De tuktuk brengt ons terug naar ons hotel waar we even lekker relaxen.

Gezien het hoge reistempo van de laatste maanden hebben we besloten de laatste weken in december lekker op een eiland in Thailand door te brengen. Jammer genoeg is het weer daar niet optimaal en na een grondig onderzoek blijkt dit op de meeste eilanden en duikoorden (we willen ons duikbrevet gaan halen!) in Azië hetzelfde te zijn. Daarom besluiten we om na Cambodja direct door te vliegen naar Australië. Australië is thuisland van het grootste koraalrif ter wereld, een uitstekende plek om het duiken te leren! Op donderdag besteden we onze tijd aan het boeken voor de tickets naar Australië. Het is gelukt! Op 9 december vliegen we met Air Asia naar Kuala Lumpur om daar een nacht te verblijven voordat we doorvliegen naar het plaatsje Goldcoast in Australië.

Vrijdagochtend gaat de wekker om half vijf, want we willen de zonsopgang bij Angkor Wat gaan meemaken. Ondanks dat we zeker niet de enige zijn, is het een geweldig gezicht en maken we een aantal mooie foto's. Daarna bezoeken we nog een aantal tempels die gezien het vroege tijdstip heerlijk rustig zijn. Als laatste bekijken we Banteay Srei, een bekende tempel die iets verderop ligt. Een tuktuk rit van meer dan een half uur resulteert in twee snurkende Nederlanders. Deze tempel krioelt van de toeristen maar is zeker de moeite waard. In Cambodja lopen veel kinderen rond met gekopieerde versies van boeken. We onderhandelen stevig en kopen uiteindelijk een boek (dit keer een originele versie) over de tempels van Angkor voor 6 dollar. Vanwege de zwakke munteenheid van Cambodja (1 Dollar = 4111 Riel) wordt alles in Cambodja in Amerikaanse Dollars gerekend en bij het pinnen kun je ook daadwerkelijk kiezen tussen de Riel of de Amerikaanse Dollar. Hierna laten we ons terugbrengen naar het hotel waar we even een uiltje knappen om daarna voor zonsondergang weer terug te gaan naar het historisch park. We begeven ons naar Phnon Bakheng, een tempel gelegen op een heuvel wat een mooi uitzicht geeft op Angkor Wat. Als we de heuvel aflopen worden we bijna omver gelopen door horden met toeristen die ook een blik willen werpen op Angkor bij zonsondergang, gezellige boel! 's Avonds drinken we een afscheidsborrel met Sarah en Simon. Net als wij zijn zij rond januari in Nieuw Zeeland dus misschien zien we ze daar!

De zaterdag besteden we aan het regelen van een aantal zaken en bereiden we ons mentaal voor op ons laatste station in Azië: Kuala Lumpur! Op zondagochtend zitten we om zes uur 's morgens in een tuktuk die ons naar het vliegveld van Siem Riep brengt. Met de slaap nog in de ogen nemen we de laatste beelden van Cambodja in ons op; wat is dit een geweldig land met een ontzettend treurige geschiedenis, om kippenvel van te krijgen.

Vietnam!

We zijn aangekomen in alweer het zevende land van onze reis: Vietnam. Het land van onafhankelijkheidsleider Ho Chi Minh, de conische hoedjes en de Amerikaanse oorlog. Vanuit Luang Prabang vliegen we in een uurtje naar de Noord-Vietnameze stad Hanoi. Vanaf het vliegveld rijden we met drie Nederlanders in een taxi naar het oude centrum van de stad. We hebben een hotel uitgezocht, maar die blijkt helaas vol te zitten. Maar niet getreurd, want als je met je grote rugtas door de smalle straatjes loopt, komen de verkoopgrage Vietnamezen vanzelf op je af. Terwijl de bromfietsen aan alle kanten langs ons scheren, worden we door de hotelpromoters aangevallen: 'Want a room Sir?', 'Where are you from?'. We laten ons meelokken naar een hotel, maar de medewerkers proberen de kamers zo agressief te verkopen dat we maar besluiten verder te gaan kijken. Na wat zoekwerk vinden we een redelijk hotel en laten ons moe op bed vallen. We zijn na de rust van Laos toch even overdonderd door alle drukte, chaos en verkoopdrang van de Vietnamezen. Met een biertje in de hand slaan we de drukte vanaf een dakterras even later rustig gade.

De volgende ochtend worden we om 6 uur bruut uit onze slaap gerukt door muziek die de hotelmedewerkers in de lobby opzetten. Laurens schreeuwt naar beneden en daarna is het gelukkig nog een tijdje rustig. We regelen even later die ochtend een ander hotel met een mooie rustige kamer en lopen daarna wat rond in het oude stadscentrum. Het blijft ons verbazen hoeveel bromfietsen (de meeste zijn opgevoerde scooters) hier rondrijden. Het lijkt wel of iedereen in de stad constant onderweg is. De auto's (waar er veel minder van zijn) hebben maar moeite om zich erdoor te wringen. We zien ook regelmatig een heel gezin (tot 5 mensen) op één brommer zitten. We besluiten om hier niet te lang te blijven en boeken voor de volgende dag een driedaagse trip naar Halong Bay! Aan het eind van de middag vinden we na wat zoekwerk een plek om onze compactcamera te laten maken. 'Lensfout' kregen we de vorige dag in beeld dus dat was even schrikken. Gelukkig kunnen we terecht bij deze camerareparateur. Voor een slordige 40 dollar kan hij het repareren en we kunnen hem zelfs morgen alweer ophalen. Als we weer buiten staan, zien we nog een Vietnamees onderuit gaan op zijn brommer. Geschept door een bus! Hij springt er op tijd af en komt met de schrik vrij. Wij schrokken ook even.

De wekker gaat vroeg af de volgende ochtend. We gaan naar Halong Bay! Dit is een enorme baai met meer dan 3000 eilandjes die uit het heldere turkoois water omhoogsteken. Laurens haalt eerst de camera op en yes, hij doet het weer! We kopen op straat een pakketje 'sticky rice' en springen daarna de bus in. Met 10 andere mensen rijden we in drie uurtjes naar Halong City. Onderweg zien we dat een Vietnamees het voorelkaar heeft gekregen om een compleet volwassen paard achterop zijn scooter te vervoeren. Later zien we nog een ezel, een koe en 2 varkens achterop gebonden. Creatief!

In de haven ligt de boot al klaar en ziet er leuk uit. Tijdens een lekkere lunch zien we het eerste karstgebergte al uit het water omhoog steken. We cruisen daarna met een gezellige groep door de baai en het blauwe water en vele bergeilandjes zien er super uit! Na een tijdje varen maken we een stop om een grot te bekijken. De ingang ligt een stuk hoger dan waar de we zijn aangemeerd en we hebben dan ook een mooi overzicht over de baai. De grot, genaamd Hang Sung Sot ('surprising cave'), is inderdaad verrassend: mooi en vooral erg groot. De gaafste die we tot nu toe gezien hebben! We varen weer verder en gaan daarna voor anker. Tijd om te kajakken! We mogen ons inmiddels bijna professionele kajakkers noemen. In het heldere turkoois water glijden we tussen de karsteilanden door. Dit is toch wel een heel speciale ervaring. We pedellen richting een lagoon die volledig ingesloten is door bergen. Een grot waar we met de kajak door kunnen varen is de enige manier om er te komen. Niet onaardig! J Vanaf een ander eiland zien we vanaf een strandje de zon ondergaan. Weer terug op de boot genieten we van een goede maaltijd. Op het dek is het die avond nog erg gezellig. We slapen ´s nachts in een hutje op de boot.

Als we wakker worden en naar buiten kijken zien we een mooi heldere lucht. Beter dan de dag ervoor en het landschap is zo nog indrukwekkender. Na het ontbijt varen we in een andere boot richting Cat Ba Island. Dit is het grootste eiland van Halong Bay, dat voor de helft uit een nationaal park bestaat. Als we zijn afgestapt, beginnen we met een korte jungletrekking. We beklimmen de vrij steile heuvels en lopen door de af en toe dichte bebossing. De temperatuur begint aardig op te lopen dus het komt goed uit dat we daarna de boot weer opstappen. We varen een stukje en gaan voor anker. Al snel liggen we daarna te spartelen in het water. Na de lunch gaat Laurens voor een solo-kajak rondje terwijl Christina van het zonnetje geniet. Aan het einde van de middag varen we terug naar Cat Ba Island. We zien nu het gedeelte van het eiland dat bewoond is en ook vooral veel hotels heeft. Het hotel waar wij in verblijven is lekker luxe en heeft een magnifiek uitzicht over de baai. Met twee Polen en een meisje uit Singapore eten en drinken we die avond wat.

We staan weer vroeg op de volgende dag. Vandaag keren we terug naar Hanoi. Na een laatste boottochtje brengt een bus ons weer terug in Hanoi. We checken bij aankomst in bij een goedkoop hotel en doen het de rest van de dag rustig aan. Het slechte weer in het midden van het land (overstromingen door de tyfoons) doen ons besluiten om Hoi An en Hue over te slaan. We zien wat extra tijd op een mooi zonnig strand in Thailand ook wel zitten. We boeken een vliegticket naar Nha Trang. Dit plaatsje ligt al vrij zuidelijk in Vietnam en staat vooral bekend als badplaats. Als we de volgende dag zijn geland op het vliegveld is het weer alleen niet optimaal: regen! We weten een ruime en goedkope kamer te bemachtigen en lopen door de regen naar het centrum. De pizza bij Good Morning Vietnam smaakt er niet minder om en met de happy hour in een bar daarna weten we ook wel raad. Opelkaar gepropt in een éénpersoons-risksja vinden we onze weg terug naar het hotel.

De dag erop is het weer helaas niet beter. We slapen uit, lopen naar het strand en duiken daarna snel een strandtent in. Onder het genot van een warme chocolademelk zien we de hoge golven op het strand beuken. We worden nog aangesproken door Mr. Hai die ons met zijn motor wil rondrijden. Het is een bekend fenomeen in dit deel van Vietnam. Ze staan bekend onder de naam 'Easyriders' en dit is iets wat we ook graag enkele dagen wilden doen. We besluiten er nog een dag over na te denken. Als we de volgende dag in een internetcafé de weersvoorspellingen bekijken weten we genoeg. We bedanken Mr. Hai en boeken een vlucht naar Ho Chi Minh City (Saigon) voor de volgende dag. De rest van deze zaterdag vermaken we ons met het filmkanaal 'Starmovies' (non-stop films!) in de hotelkamer. 's Avonds laten we een lekkere pizza bezorgen.

Zondag komen we rond twee uur in de middag met enige vertraging aan in Saigon (ook Ho Chi Minh City). Een hotel met pick-up service hadden we in Nha Trang al geregeld, dus al snel lopen we door de sraten van Saigon. Het hotel ligt in een rustig steegje aan een wat drukkere backpackerstraat die doet denken aan Kao San Road in Bangkok. We eten en drinken die avond in deze gezellige buurt.

Voor de dag erna hebben we een stedentour geboekt. Even lekker makkelijk de highlights van de stad bekijken. Samen met een Duitser en een familie uit Singapore worden we door een gids rondgeleid. We rijden eerst met de bus naar 'Reunification Palace'. Het presidentiële paleis waar de communisten op 30 april 1975 met hun tanks naar binnenreden, de dag dat Saigon zich overgaf aan de Viet Cong. Hierna zien we de Notre Dam kathedraal en het postkantoor dat in Frans koloniale stijl is gebouwd. We lopen over de markt en eten bij een Chinees restaurant. In de middag bezoeken we na een korte stop bij een tempel het 'War Remnants' museum. We krijgen er de gruwelheden van de oorlog te zien. Veel foto's, nagemaakte tiger cages (waar Viet Cong werd vastgehouden) en de nodige oorlogsattributen.

Dinsdag slaapt Christina lekker uit en gaat Laurens naar de Cu Chi tunnels. Deze tunnels op 30 km afstand van Saigon zijn door de Viet Cong gebruikt om het Amerikaanse leger tegen te houden. Het netwerk bestaat uit meer dan 200 km aan tunnels. Met een groepje lopen we door het gebied. Onder wat blaadjes komt een heel smalle opening tevoorschijn. Het is een verschuilde toegang naar de tunnels. Laurens probeert erin te komen, maar dat past natuurlijk niet! We vervolgen onze weg en zien enkele boobytraps die de Viet Cong gebruikte tegen de Amerikanen. Laurens schiet daarna nog met een AK47 en een M60. Heftig, maar nog nooit zo snel dollars kwijtgeraakt! Hierna kunnen we zelf de tunnel in. Het is allemaal erg krap en warm in de tunnels (die overigens nog speciaal voor toeristen zijn vergroot). Aan het eind van de middag is Laurens weer in de stad. Die avond eten we weer prima en poolen we er op los in de Guns 'N Roses bar!

Jep, en dan is het zover: 28 november, Laurens is jarig!! 's Ochtends eerst de cadeautjes in ontvangst nemen natuurlijk. Sokken, een paar slippers en een boek over de Vietnamoorlog. Niet verkeerd. Na een laat ontbijt nemen we de taxi naar een waterpark. We komen er al snel achter dat die vandaag gesloten is. Waar halen ze het lef vandaan! Dus, dan maar een ander zwempark. Als we binnenlopen komen we erachter dat het een vrij klein 'park' is en dat wij zo'n beetje de enige mensen boven de 12 jaar zijn. Veel kinderen krijgen zwemles (jongens en meisjes apart), maar als wij voorbij lopen staan alle ogen op ons gericht. We vermaken ons een tijdje met de glijbanen en houden het daarna voor gezien. Onder het mom van 'de jarige bepaalt het eten' wordt er een heerlijke pizza naar binnen geschoven. Daarna gaan we naar een waterpoppen show. Een ouderwetse manier van vermaak die ooit bedacht is door de boeren in het noorden van Vietnam. De houten poppen bewegen op, door en onder het water. Ze worden bediend met stokken door mensen die achter een gordijn zitten. Erg apart om te zien. Er zitten live stemmen en muziek bij en hoewel we er niets van verstaan vinden we het prachtig!

De volgende ochtend mogen we weer vroeg uit de veren, want er staat een driedaagse Mekong tour op de planning! We beginnen 's ochtends vroeg op de Saigon rivier. We wrijven de slaap nog even uit onze ogen terwijl we zien hoe het leven op de rivier zich afspeelt. We zien grote en kleine vrachtschepen. Modern en oud. Veel schepen hebben geschilderde ogen op de voorkant. Na drie uren varen, komen aan in de Mekong delta. Een andere boot voert ons vervolgens naar één van de dorpjes in dit geweldige gebied. We proeven van de lokale lekkernij en stappen daarna in een sampan (Vietnamese roeiboot). Deze voert ons naar een eiland, waar we lunchen en een wandeling maken. Na een boot-bus-bootrit komen we aan op An Binh eiland. Onze gids neemt ons mee naar het guesthouse waar we vanavond zullen slapen. We krijgen een kookles van de familie om daarna heerlijk van ons gebrouwen diner te genieten. We drinken een biertje en spelen een potje pool om daarna te gaan slapen.

Vrijdagochtend ontbijten we met onze groep van acht. We delen de tafel met Sara en Simon uit Londen, Isabella en Henrik uit Duitsland en een ouder echtpaar uit Australië, erg gezellig!
De dag bestaat uit verschillende boottochtjes, een bezoek aan één van de eilanden en een fietstocht. Tijdens de fietstocht raken we aan de praat met Anja en Mathijs, een Nederlands stel. De nacht brengen we met de groep door op een boot die de hele nacht doorvaart richting de grens met Cambodja. We slapen met zijn allen in het ruim..het lijkt wel een schoolreisje!

Op zaterdagochtend staan we vroeg op om de drijvende markt van dichtbij te zien. We hadden er wel iets meer van verwacht, maar het is nog steeds leuk om de boten met verschillende waren te zien liggen. Met roeiboten worden we naar een visdorp gebracht, waar iedereen op het water woont en de vissen onder hun huis gevangen worden. Daarna gaan we door naar een dorp waar de Cham woont, een moslim minderheidsgroepering. Veel Vietnamezen in het zuiden zijn overigens katholiek, dus we hebben de nodige kerken al zien staan. We wandelen door dit kleine dorpje met aan de hoofdstraat een moskee. Na dit bezoek stappen we op de boot die ons in een aantal uren naar de grens voert. De bootrit is zeker geen straf, heerlijk weer en onwijs gezellige mensen! Bij de grens eten we een lekkere lunch en na de grenscontrole stappen we in de boot die ons uiteindelijk vlakbij Phnom Phen afzet. Hier begint ons avontuur in Cambodja en we hebben er zin in!

Laos, een oase van rust!

Laos is het meest relaxte land wat we tot nu toe hebben bezocht. Geen agressieve verkopers, met smog gevulde steden of razend verkeer, heerlijk! Van 1893 tot 1955 behoorde Laos tot de Franse kolonie en het is dan ook het eerste Aziatische land waar we stokbrood kunnen kopen. We komen ook verdacht veel Franse bistros tegen, Frans getinte gebouwen en natuurlijk; Franse toeristen! Laos staat tevens bekend als één van de meest gebombardeerde landen ter wereld en er wordt nog steeds met man en macht gewerkt om het land ‘bomvrij' te krijgen. Een proces dat nog jaren gaat duren en veel hinder veroorzaakt voor lokalen. Veel land kan niet worden gebruikt voor landbouw en er gebeuren nog steeds veel ongelukken doordat mensen in aanraking komen met rondzwervende bommen.

We starten onze woensdagochtend met een lekker ontbijt aan de Mekong. We hebben deze bijna 5000 kilometer lange rivier in de bergen van China ook al zien stromen en zullen hem later deze reis bij Vietnam waarschijnlijk ook nog gaan zien. Na het ontbijt springen we in een tuk-tuk die ons afzet bij de Thaise immigratie vlak voor de ‘Friendship bridge'. We gaan de Thaise grenscontrole door en een bus rijdt ons vervolgens naar de andere kant van de brug. Daar schaffen we een Laotiaans visum aan en arriveren we officieel in Laos! De hoofdstad van Laos, Vientiane, ligt slechts op 25 kilometer van de grens en na een korte taxirit checken we in bij een aardig hotel in het centrum. Van de Thaise Bhat gaan we over op de Laotiaanse Kip (ook wel Lauwe Kippetjes) en dat is wel even wennen! Een euro is ongeveer 10.000 kip, maar vanwege de zwakke munteenheid kan ook alles in Baht, Dollar of zelfs Euro's worden betaald. De rest van de dag doen we het rustig aan, lekker eten, beetje internetten en genieten van de zonsondergang over de Mekong. Laurens nuttigt zijn eerste Beer Lao en is zeer tevreden. Dit lokale bier wordt standaard geserveerd in een fles van 650 ml, kost rond de 1 euro en is ook nog eens erg lekker, wat wil een mens nog meer!

Op donderdag bekijken we de hoogtepunten van de stad. We lopen eerst naar Wat Si Saket, de oudste tempel van de stad. Mooi, maar omdat we al zoveel tempels gezien hebben zijn we er snel doorheen. We vervolgen onze weg naar Patuxai, een slechte replica van Arc de Triomphe, gebouwd ter nagedachtenis van omgebrachte Laotianen in de oorlog. We lopen nemen een songthaew naar het belangrijkste nationale monument van Laos. Pha That Luang is een enorme gouden Stoepa, welke symbool staat voor het Boeddhistische geloof en de soevereiniteit van Laos. Er mooi! 's Avonds besluiten we de Lao-massage maar eens uit te proberen. We kiezen voor de massage van een uur, maar na 30 minuten geven we aan dat het wel genoeg is, wat een slechte massage! We slapen er niet minder om en hebben nu al zin in morgen; Vang Vieng, here we come!

Alles in Laos gaat op een lekker ontspannen tempo. We kijken dan ook niet raar op wanneer ons busje op vrijdagochtend pas drie kwartier later komt dan afgesproken. Na vier uur in een vol busje stappen we uit in Vang Vieng, een klein stadje omgeven door bergen en rivieren. Het zonnetje schijnt lekker en we zien geen mens op straat, wat een rust! We checken in bij 'Elephant Crossing' waar we een kamer hebben met een geweldig uitzicht over de bergen en de rivier. Tot nu toe hebben we voor de meeste landen een visum aan de grens kunnen kopen, maar voor Vietnam moet deze vooraf worden aangevraagd. We regelen dit bij een reisbureau in Vang Vieng en boeken direct een kajak trip voor de volgende dag. Vang Vieng heeft een klein centrum dat alleen lijkt te bestaan uit faciliteiten voor toeristen. Restaurantjes, guesthouses en internetcafe's bij de vleet. De meeste restaurants hebben minimaal drie tv's waarop onafgebroken Friends afleveringen worden gedraaid. De begintune van Friends hoor je dan ook echt overal, erg grappig en heel apart! Na een geweldige zonsondergang gaan we lekker slapen.
Op zaterdag begeven we ons na het ontbijt naar Green Discovery, het reisbureau waar we onze kajaktrip hebben geboekt. Omdat ons hotel voor de volgende dag is volgeboekt besluiten we echter terplekke om een tweedaagse trip te gaan doen waar een overnachting en het kajakken bij inzit. Dat geeft ons voor vandaag een vrije dag. De vluchten vanuit Luang Prabang naar Hanoi schijnen erg druk te zijn dus we boeken vast een vlucht die vertrekt op 18 november. Alle vluchten met Vietnam Airlines zijn al vol dus zijn we aangewezen op Lao Airlines (dat wordt spannend!). Tuben over de Nam Song is één van de meest favoriete bezigheden van toeristen in Vang Vieng, dus dat moeten we uitproberen! We huren een tube en worden met een songthaew acht kilometer stroomopwaarts bij de rivier gedropt. We springen in de tube en dobberen in het zonnetje de rivier af, toppie! Na een kilometer of vijf relaxen en spartelen door de kleine stroomversnellingen horen we wat pompende muziek verderop. Als we aankomen zien we langs de rivier uitgebreide barren met ligbedden, muziek, grote tarzanswings en veel ladingen tubers en kajakkers! We worden bij één van de tenten naar binnen gehengeld en nuttigen enkele welverdiende Beer Lao. We hebben uitzicht op de tarzanswing en dat moeten we zelf ook proberen natuurlijk! Van ruim zeven meter hoogte spring je vanaf een platform met het touw in je handen, op het hoogste punt loslaten en met een knal het water tegemoet, oh yeah! Rond een uur of vier duikt de zon zich al enigszins achter de bergen en voordat het te koud wordt, tuben we verder de rivier af. We stappen bij ons hotel uit en nadat we de tube hebben teruggebracht, eten we nog wat om daarna ons bed maar eens op te zoeken.

Op zondagochtend beginnen we aan onze Secret Eden trip, een tweedaagse tour waarop we de eerste dag een trekking doen en de tweede dag een kajaktocht. We starten dit avontuur met een dame uit Israël en twee dames uit Zwitserland (Laurens kan zijn lol op). Een minibusje zet ons een aantal kilometer buiten Vang Vieng af. Muggenspray en zonnebrand smeren, water mee en gaan met die banaan! We wandelen het karstgebergte op en sommige stukken zijn behoorlijk steil. Onderweg bekijken we één van de vele grotten in deze omgeving. Onze gids vertelt dat we niet te ver naar binnen gaan omdat er veel slangen in deze grot zitten. Gelukkig is het erg donker en zien we geen hand voor ogen, spannend! Laurens weet alle tieten te ontwijken en na twintig minuten staan we weer veilig buiten. De wandeling omhoog is vanwege de hitte zeker niet makkelijk, maar meer dan de moeite waard! Vanaf de top kijken we neer op een vallei met een aantal rieten huisjes, veel groen en gebergten. We lunchen in de vallei en nemen een duik in een nabijgelegen stroompje, DIT is het leven! Na de lunch (‘sticky' rijst in een bananenblad, barbecuegroente en stokbrood) klauteren we de berg weer op om daarna af te dalen richting Elephant Village. In het dorp zien we veel kleine kinderen, kippen, koeien en varkens lopen. We lopen ook tegen een tweetal kooien aan met een aap erin. De dieren zien er verwaarloosd en zwaar overspannen uit, zielig! Aan het dorp grenst de Elephant Cave. Deze grot dient als tempel voor de lokale bewoners en het is dan ook voor het eerst dat we onze schoenen uit moeten doen voordat we een grot binnengaan. Daarna lopen we door naar onze slaapplaats voor vanavond; een mooie bungalow vlakbij de rivier. Met de gids en de Beer Lao's vermaken we ons die avond prima en slapen lukt ook wel daarna!

We ontbijten de volgende ochtend aan de Nam-Song rivier en stappen daarna in onze kajaks. Na een aantal leuke rapids en een paar uurtjes kajakken, lunchen we gezellig aan de rivier. Halverwege de middag komen de tarzanswings en barren ons alweer tegemoet. De tarzanswing is weer lachen geblazen en na een potje volleyballen, peddelen we verder richting Vang Vieng. We nemen in ons hotel een lekkere douche, eten in ons favoriete dorp en zoeken daarna vroeg ons bed op.

Na nog een dagje heerlijk ontspannen in Vang Vieng stappen we woensdagochtend in een minibusje die ons naar Luang Prabang brengt. Tijdens deze vijf uur durende trip, trekt het mooie landschap van Laos aan ons voorbij. We hebben geen accommodatie geboekt in Luang Prabang, maar dat hadden we beter wel kunnen doen! Veel hostels zitten al vol, maar we vinden uiteindelijk een redelijk guesthouse (voor 8 dollar per nacht kun je ook niet teveel verwachten natuurlijk!). We eten bij een restaurant aan de Mekong rivier en wandelen 's avonds nog even over de nachtmarkt. De zelfgemaakte kleedjes, pantoffels en kinderkleertjes zijn niet helemaal naar onze smaak, maar het ziet er wel erg gezellig uit met al die lichtjes. Als afsluiter van deze dag eten we voor slechts 50 eurocent een heerlijk bord eten bij een erg gezellig (vegetarisch!) straattentje.

Het leven van een wereldreiziger is best zwaar en donderdagochtend slapen we dan ook even lekker uit. We wandelen wat door Luang Prabang, maar gezien de temperatuur besluiten we in een busje te springen die ons naar een nabijgelegen waterval brengt. Dat is tenminste de bedoeling! Een half uur na de afgesproken vertrektijd staan we nog steeds op dezelfde plaats. Er blijkt een passagier te veel zijn die ze niet kwijt kunnen. In plaats van oplossingsgericht te denken wordt er een half uur gebruikt om uit te zoeken hoe dit probleem is ontstaan (er zitten ondertussen meer dan 15 mensen te wachten in busjes zonder airco!). Uiteindelijk wordt de passagier bij een aantal anderen op schoot gezet en kunnen we toch nog naar de waterval (geduld is een schone zaak, zucht!). 25 kilometer verderop wandelen we een bosachtige omgeving in en komen langs een beeropvangcentrum en een tijger in een kooi. Het dier loopt zenuwachtig heen en weer terwijl de omstanders foto's van dit gigantische dier maken. We hebben ondertussen wel door dat Azië niet het meest diervriendelijke continent is! We bezoeken de waterval en Laurens neemt een verfrissende duik in het helderblauwe water. Op de terugweg stoppen we bij een Hmong dorpje (een van de minderheidsvolkeren in Laos). Er lopen opvallend veel kleine kinderen rond en ze verwachten dat we natuurlijk overal wat kopen. Een van de toeristen deelt leerboeken uit met veel kleurige plaatjes, een erg goed idee!

Op vrijdag gaan we weer een dagje kajakken. Deze keer hebben we gezelschap van een Noor en twee Nederlandse dames (je komt ze ook overal tegen!). Tot onze verbazing moeten we een uur lopen voordat we kunnen beginnen met kajakken, maar dat mag de pret niet drukken. We wandelen door een dorp waar een hanengevecht plaatsvindt. De veren vliegen in het rond en de vogels zien er verre van gezond uit. Het spektakel wordt bekeken door verschillende mannelijke toeschouwers die hun geld inzetten op de haan die volgens hen gaat winnen. Tijdens de pauze worden de hanen met water afgespoeld door hun coaches (serieus!) en vervolgen wij onze weg richting de rivier. Na een half uurtje kajakken, stoppen we bij een prachtige waterval waar we onze lunch nuttigen. Na de lunch is het drie uurtjes kajakken naar het eindpunt. Het zonnetje schijnt lekker en Laurens peddelt er behoorlijk op los terwijl Christina lekker bruin ligt te bakken (zo hoort het toch?). 's Avonds eten we weer bij ons favoriete eetstalletje en knallen we ons reisverhaal online. We gaan nog even naar een gezellige bar. Onder het genot van een paar Lao-biertjes kijken we terug op een heerlijke periode in Laos en we zijn erg benieuwd wat Vietnam te bieden heeft!

Terug in Bangkok en op naar Laos

Na al het strandvertier hebben we ook wel weer even zin om in Bangkok te kijken. Er zijn nog een aantal dingen die we graag willen zien en doen. Na ons busritje doen de files aan het eind van de middag al vertrouwd aan en als we weer inchecken bij het Trang hotel voelen we ons weer helemaal thuis. We moeten helaas wel drie keer van kamer verwisselen, omdat ze ons met een kamer, die stevig onderdoet voor wat we eerder hadden, denken op te kunnen zadelen. Al snel zitten we daarna in de taxi richting Siam Squarre. We lopen door de moderne shopping-malls en als we verderop wat muziek horen gaan we natuurlijk even kijken. Er is een Halloween festival gaande en we zien een populaire Thaise band zijn kunstje doen, gezellig! Bij ‘The Pizza Company' schuiven we wat Italiaans voedsel naar binnen terwijl we uitzicht hebben op het plein waar het festival plaatsvindt. Daarna struinen we door de shopping-malls op zoek naar een bioscoop. Bijna iedere winkeltoren heeft hier zijn eigen bioscoop en we hadden al gelezen dat een bezoekje hieraan erg speciaal kan zijn. Als we onze kaartjes gekocht hebben en de zaal inlopen begrijpen we waarom. We zijn terecht gekomen in een super VIP privé bioscoop! De zaal is ruim en er zijn slechts rond de 50 zitplaatsen, maar dat zijn me toch zitplaatsen! De stoelen zijn van het type ga-maar-zitten-en-relax-to-the-max. Lekker groot en zacht en er zit een afstandsbediening bij waarmee je hem kan verstellen. We lachen ons rot als we dit doen. De hele stoel beweegt en voordat we het weten liggen we languit met een kleedje over ons heen te genieten van de film ‘Stardust'. Leuke film! Na dit avontuur keren we terug naar ons hotel voor een welverdiende nachtrust.

De volgende dag slapen we uit en ontbijten/lunchen daarna ergens op Kao San road. We begeven ons daarna richting de rivier voor een boottochtje. Als we met zijn drieën in een longtail worden gepropt balen we een beetje aangezien we net zo goed met enkele andere mensen daarin hadden kunnen gaan zitten. Onze pogingen om dit te regelen worden door enkele irritante medewerkers gedwarsboomd. Het boottochtje zelf is wel leuk. We varen een stukje de Chao Praya rivier af en daarna door één van de zijkanaaltjes. Het biertje wat we van een vrouwtje kopen die etenswaren vanuit haar bootje verkoopt smaakt prima. Als we vervolgens hetzelfde stuk kanaal terugvaren en de longtail bestuurder ons ruim voor tijd denkt af te kunnen zetten, laten we even merken dat we dat niet willen en dat hij maar een extra rondje moet maken. Het gaat allemaal niet van harte, mooi zo! We lazen al dat vooral in Bangkok de mensen in de toeristen-industrie nogal verwaand kunnen zijn. Jammer genoeg kunnen we dat alleen maar bevestigen. Goed, we laten ons afzetten bij Wat Arun, een mooie tempel direct aan de rivier. De 82 meter hoge prang in Khmer-stijl die belegd is met porseleinen mozaiekstukjes springt het meest in het oog. We beklimmen de steile trappen en genieten van het uizicht over de rivier en stad. We lopen nog wat rond en pakken de veerdienst naar de overkant van de rivier voor het enorme bedrag van 3 baht. Daar stappen we op een andere veerboot om even later midden in China-town af te stappen. We lopen wat door de straten en markten van dit drukke stadsgedeelte, maar lang houden we het niet vol. We eten bij een Chinees restaurantje en keren daarna terug naar het hotel. 's Avonds drinken we wat in een erg mooie club aan de Royal City Avenue, maar het feestje wil er niet echt losbarsten (de hele toko gevuld met statafels..heel apart). We zoeken ons heil op Kao San Road, maar daar lijkt de boel ook ingekakt, goed dan maar slapen!

De volgende dag zien Laurens en Alfons een beetje sightseeing nog wel zitten en bekijken achtereenvolgens Lumphini park, Siam Squarre bij daglicht en enkele mooie koninklijke boten die aan het oefenen zijn op de rivier voor het 80e verjaardagsfeest van de koning.
Christina laat haar haar verlengen (aka hairextensions) en shopt er stevig op los. Voor het avondmaal hebben we een Thai vegetarisch restaurant uit de Lonely Planet gezocht. Het kost wel behoorlijk wat moeite om hem te vinden, maar dat lukt uiteindelijk. Na de zeer goedkope maaltijd gaan we terug naar het hotel om wat dingen te regelen. We branden cd's met foto's en geven een volle tas met kleding, souvenirs en spullen mee aan Alfons die vanavond (helaas!) terugvliegt naar Nederland. Het is inmiddels bijna middernacht als we Alfons in de taxi naar het vliegveld zien wegrijden. We hebben in drie weken Thailand met Alfons echt gigantisch veel meegemaakt, super!

Na al die avonturen met Alfons zien we een dagje chillen, relaxen en niksdoen wel zitten. De zaterdag wordt dan ook gevuld met niet al te veel spannende dingen. We checken in bij een goedkoper hotel dat praktisch aan Kao San road zit en genieten daar vooral van de uitstekende internetfaciliteiten.

Ook zondag doen we het nog even rustig aan. We kopen voor de volgende dag treintickets voor de nachttrein naar Nong Khai, een plaatsje bij de grens van Laos. In de loop van de middag gaan we richting Siam Squarre om daar in het MBK (bekende en grote shopping-mall) wat rond te neuzen. Op de vijfde verdieping zit een groot ‘foodcourt' waar we wat eten. We gaan daarna nog naar de bioscoop. Eentje die we ook in Nederland gewend zijn (gelijk ook een stuk goedkoper). Voordat de film begint moeten we nog een uurtje wachten en omdat de bowling baan op dezelfde verdieping zit van deze toren, de 6e, besluiten we wat balletjes te rollen. We gooien beide uitstekend al zeggen we het zelf! Na de film terug naar Kao San road waar we onder het genot van de nodige Singha biertjes een uitstekende rockband aan het werk zien. Ze spelen Jimmy Hendrix, Metallica, Black Sabbath en Guns n' Roses..wat wil je nog meer!

Maandag hebben we de tassen ingepakt voor de treinrit die avond, een late checkout geregeld en in een sportschool aan Kao San road een workout gedaan. Na het avondeten nemen we een taxi naar het station. De slaaptrein ziet er netjes uit en we vinden het leuk om weer eens een stukje met de trein te kunnen doen. We hebben 2 bovenbedden en we slapen die nacht redelijk. We komen de volgende ochtend rond half 10 aan in Nong Khai en al snel hebben we een tuktuk geregeld die ons naar het guesthouse brengt waar we goede dingen over gelezen hebben. Mut Mee guesthouse aan de Mekong rivier ziet er inderdaad prima uit en is vooral lekker rustig na al die drukte van Bangkok. We eten een lekker broodje en kunnen Laos, aan de overkant van de Mekong rivier, al zien liggen. Het is nog lekker vroeg en we huren een brommer waarmee we de omgeving gaan verkennen. We crossen wat rond door het dorpje en gaan uiteindelijk op zoek naar Sala Kaewko. Dit is een beeldenpark met sculpturen van Hindoestaanse en Boeddhistische figuren. We hebben het al snel gevonden en zijn behoorlijk onder de indruk, wat een gigantische beelden! We lopen een tijdje rond door het park, voeren nog wat vissen en springen dan weer op de brommer. Bij het guesthouse aangekomen nemen we een boot voor een korte trip over de Mekong rivier. De zon gaat onder en de rode/oranje gloed over de rivier ziet er prachtig uit. We zien ook alvast de friendship-bridge waarover we de volgende dag Laos zullen binnengaan. Na de boottrip eten we wat, lopen we door het stadje en gaan lekker slapen, Laos here we come!

Zon, strand en zee: Ko Samui, Pattaya en Ko Samet

Op 23 oktober landen we aan het begin van de middag op het vliegveld van Ko Samui. Een prachtig tropisch eiland aan de oostkust van Thailand. Beetje jammer alleen dat het weer even niet meewerkt..het regent! We nemen een taxi naar het strand met de mooiste zonsondergang; Bo Phut. We checken in bij een prachtig resort vlak aan zee. De volgende dag is het weer gelukkig wat beter dus we relaxen er behoorlijk op los bij het strand en zwembad van ons resort. Later die dag wandelen we richting Chaweng, het grootste dorp op dit eiland. Er ligt zoveel water op de weg dat we na een tijdje maar besluiten om een songthaew te nemen. Deze kun je overal aanhouden en ze zetten je af waar je wilt op de route die ze afleggen, erg handig en goedkoop! Het strand bij Chaweng is een stuk groter dan Bo Phut en meteen ook een stuk gezelliger. Overal leuke strandtentjes, muziek en jetski's. We eten iets in één van de vele strandtenten en besluiten dat we morgen willen inchecken bij een hotel aan dit strand. We kijken vast al een beetje rond voor een goede optie. Daarna even internetten in één van de vele internetcafe's en na het avondeten terug naar Bo Phut. De volgende dag gaan we bepakt en bezakt richting het strand van Chaweng. De golven zijn ook een stuk beter aan dit strand, dus Christina springt op een plank om te gaan bodyboarden! Laurens en Alfons proberen het jetskiën uit en daarna wordt er nog even met zijn drieën gebodyboard. Als we zijn uitgespeeld, maken we ons klaar om te gaan ‘dineren' bij Prego, een super-de-luxe pizzeria iets buiten het centrum van Chaweng. We worden op onze wenken bediend en het eten/interieur is hier geweldig! Laurens krijgt het wel een beetje benauwd wanneer zijn persoonlijke serveerster na iedere slok zijn bier komt bijvullen, maar dat mag de pret niet drukken! Laurens en Alfons checken daarna nog even Club Q. Helaas niet veel publiek, dus de mannen begeven zich na een paar potjes poolen (Laurens maakt Alfons finaal in) al vrij snel naar het hotel om te gaan slapen.

Op vrijdag slapen we lekker uit en lopen daarna naar Subway (die hebben ze hier ook!) om een lekker vegetarisch broodje te scoren. Ko Samui is een geweldig eiland maar het weer zit helaas niet mee (toch riskant om hier te komen tijdens het regenseizoen), dus besluiten we ons heil wat noordelijker te zoeken. We boeken ons ticket voor morgen naar Pattaya. Alfons en Laurens duiken daarna de sportschool nog even in terwijl Christina gaat shoppen (je moet toch wat als het regent). Na het sporten genieten Laurens en Alfons van een Thaise massage aan het strand (dit is het leven!) en ze bereiden zich vast mentaal voor op de Fullmoonparty van vanavond! Bij iedere volle maan (ongeveer één keer per maand) vindt er op Ko Pha-Ngan een feest plaats waar bijna iedere backpacker in Thailand op af komt. Ko Pha-Ngan ligt 15 kilometer noordelijk van Ko Samui, dus we stappen in een speedboot om er te komen. Na een half uurtje op de golven gestuiterd te hebben komen we aan. Het feest is op een lang gestrekt strand met overal luide muziek, veel dansende mensen, fakkelartiesten en buckets (een emmertje met een mix van sterke drank en frisdrank). Het blijft de hele nacht gelukkig droog en we vermaken ons prima! De bootrit terug is weer even stuiteren geblazen, maar dat was het wel waard.

De volgende dag moeten we eerst even bijkomen. Rond het middaguur vliegen we door naar Pattaya. Dit is een bekende badplaats ten zuiden van Bangkok met strandvertier,veel restaurants en gezellige barretjes, maar Pattaya staat ook bekend om de seks-industrie.

's Avonds verkennen we de bekende ‘Walking Street' van Pattaya. Overal neonverlichting en veel barren met roze lampen om aan te geven dat heren hier welkom zijn om ‘contact' te leggen met de Thaise dames (en lady-boys). Als Alfons en Laurens één van de vele barren passeren, beginnen de meisjes te joelen! Ze willen natuurlijk ook wel eens iets anders dan een oude kerel met een bierbuik. Na een heerlijk ijsje bij Haagen Dasz (ja, ook die hebben ze hier), gaan we terug naar het hotel om lekker te slapen. De volgende ochtend verbazen we ons tijdens het ontbijt over het aantal mannen van rond de 40/50 die met een meisje van 20/25 hier gezellig aan tafel het ontbijt wegwerken. Er worden weinig woorden gewisseld tussen de meeste stellen, maar daar worden ze natuurlijk ook niet voor betaald. Na het ontbijt stappen we in een songthaew naar Jomtien beach. Het strand is vrij smal en bezaaid met strandstoelen en parasollen. We gaan lekker zitten en krijgen meteen een drankje aangeboden. Vervolgens krijgen we vers fruit aangeboden, gegrilde vis, strandballen en ijsjes, de hele middag door. Eén van de verkopers begint driftig de kuit van Alfons te masseren om hem alvast een voorproefje te geven op wat zij hem kan bieden. Als Alfons haar even goed duidelijk maakt daar geen behoefte aan te hebben, haakt ze toch maar af. Er zijn vooral Thaise gezinnen op het strand. Ze komen vanuit Bangkok naar Pattaya voor een heerlijk weekendje weg. 's Avonds pakken we een songthaew naar een bowlingbaan. We worden afgezet in een donker buurtje en na wat rondlopen, hebben we de bowlingbaan nog steeds niet gevonden. We hebben ondertussen honger gekregen en schuiven aan bij een Koreaans restaurant. We gaan op onze hurken zitten aan een tafel en pakken de menukaart erbij. Er staat voor ons geen begrijpelijke taal op, maar we weten één van de medewerkers duidelijk te maken dat we in ieder geval geen vlees willen. De bakjes met voedsel die ze ons voorschotelen zien er op het eerste gezicht goed uit, maar we ontdekken al snel dat dit niet onze favoriete keuken is. Als we een bak met stinkend vocht, schelpen, ei en wat sliertachtig spul voorgeschoteld krijgen, rekenen we snel af en maken ons uit de voeten, doe ons maar boerenkool! We nemen een taxi die ons daadwerkelijk afzet bij een bowlingbaan. Er worden een paar stevige potjes gebowld, tafelvoetbal en kick-kick gespeeld. Later op de avond drinken we nog een paar borrels bij een gezellige tent met live band aan de Walking Street.

Twee dagen Pattaya is voor ons voldoende. ‘s Maandag stappen we dan ook in een minibus die ons naar kustplaats Ban Phe brengt waar we op de boot stappen naar Ko Samet. De boot draait om het eiland heen en dat geeft ons een mooie eerste kennismaking met Ko Samet. Het weer is geweldig en het eiland ziet er ook super uit! Hier vermaken we ons wel een aantal dagen. In de hitte wandelen we met onze tassen over het strand op zoek naar een slaapplaats. Deze is voor een redelijke prijs snel gevonden en na het dumpen van de tassen nemen we eerst een verfrissende duik in de zee. Dit is het betere werk! Voor de volgende dag boeken we een snorkeltrip, we eten lekker aan het strand en genieten nog van een vuurshow, heerlijk!

Dinsdagochtend worden we met de speedboot naar onze eerste snorkelplaats gebracht. We zwemmen met onze snorkelgear een tijdje rond om daarna door te gaan naar het volgende eilandje voor een lunch en wat relaxation. Daarna brengt de speedboot ons nog naar een derde eiland om te snorkelen, waarna we terugscheuren naar Ko Samet. Hier worden we afgezet bij een soort openluchtaquarium: allerlei verschillende soorten vissen en schildpadden bevinden zich in met netten afgescheiden vakken in de zee. Om de vissen te bekijken moeten we ons voortbewegen over dunne planken ondersteund door lege tonnen. Het water is behoorlijk wild en het kost moeite om niet in één van de vakken te vallen (met haaien, roggen etc.). Christina en Alfons besluiten om op de knieën het geheel maar te bekijken. Het is een heel avontuur en een leuke afsluiting van de tour. 's Avonds aanschouwen we de dagelijkse vuurshow nog een keer en duiken daarna met een Nederlands stel de kroeg in. We pakken nog net de laatste nummertjes van een live band mee die lekkere rock nummers speelt. We maken nog wat moves op de dansvloer en gaan daarna lekker slapen.

Woensdag slapen we even uit. Na een verfrissende duik in de zee, nemen een lekker ontbijt en springen daarna met z'n drieën op de bananenboot. De speedboot neemt een aantal scherpe bochten, waardoor we meerdere malen met een zwiep in het water terecht komen. We hebben het zittend, staand, liggend en hangend geprobeerd, maar het lukt niet om bij de bochten te blijven zitten. We pakken onze tas in en stappen rond half twee op de boot die ons weer naar de kust brengt. Een minibus brengt ons vervolgens in ongeveer vijf uur naar Bangkok waar we onze laatste dagen met Alfons zullen doorbrengen.

De oude steden van Thailand: Ayuthayya, Sukhothai, Lampang en Chiang Mai!

Vandaag laten we Bangkok achter ons en vertrekken richting het noorden van Thailand. We worden 's morgens opgepikt door onze gids voor vandaag. De Thaise gids heeft duidelijk een aantal vrouwelijke trekjes en kijkt opvallend vaak naar de stevige bovenarmen van Alfons. We zijn in Thailand richting het einde van het regenseizoen en dat is duidelijk te zien aan de waterstand van de rivieren. Tijdens onze rit naar Ayuthayya passeren we een dorp waar de mensen meer dan een meter water in hun huis hebben staan en wanhopig proberen het water tegen te houden. Ook de straten staan ver onder water en een aantal auto's zijn alleen nog te herkennen aan het dak dat net boven het water uitkomt. Het voelt een beetje alsof we naar een film zitten te kijken. Na anderhalf uur komen we aan in Ayuthayya. Deze stad was van 1350 tot 1767 de hoofdstad van Thailand, totdat na een tweejarige oorlog de Birmezen de stad veroveren. De koninklijke familie vlucht naar Thonburi (vlakbij Bangkok) en de Birmezen vernietigen de architectuur en religieuze schatten van de stad. We brengen een bezoek aan het Bang Pa-in paleis, de vroegere verblijfplaats van de koninklijke familie. Dit complex wordt overigens nog steeds voor bepaalde gelegenheden gebruikt door de koning en zijn aanhang.
Het Bang Pa-in paleis laat weer zien hoe belangrijk de koninklijke familie is voor de Thaise bevolking. Het is ongelofelijk goed onderhouden, netjes en schoon. Bij ieder gebouw moeten de schoenen uit en als we de oude verblijfplaats van de koning willen betreden, moet Christina, uit respect voor de koning, een Sarong om. Hierna bezoeken we Wihaan Phra Mongkhon Bophit, een tempel met de grootste bronzen zittende boeddha van Thailand. De houdingen van de beelden, staan voor een bepaalde periode uit het leven van Boeddha. Zo is een zittende boeddha aan het onderwijzen of mediteren. We gaan door naar Wat Phra Si Sanphet. Deze tempel vormde het koninklijke paleis vanaf de stichting van de stad tot de 15e eeuw. De ruines zijn duidelijk zwaar beschadigd door onder andere de Birmezen, maar daardoor zeker niet minder indrukwekkend!

Met een geweldige achtergrondtune, nuttigen we onze lunch en rijden daarna door naar de plaats waar onze bus vertrekt richting Sukhothai. Onze bus blijkt helaas al te zijn vertrokken en de achtervolging wordt ingezet. Met een noodgang suizen we over de weg om de bus bij te halen. Na twintig minuten zweten geblazen, kunnen we opgelucht ademhalen en plaatsnemen in de bus. Vijf uur later komen we aan op een verlaten busstation in Sukhothai. Als we uitstappen, komt er een ietwat vreemde Thai op ons afgelopen die aanbiedt om ons met zijn tuk-tuk te vervoeren. Deze lichamelijk/geestelijk gehandicapte is zeker niet onze eerste optie, maar na wat rondjes om het busstation te hebben gelopen blijkt hij wel de enige te zijn. Als we voor het stoplicht staan, maakt hij ons aan de hand van een bord en kreungeluiden duidelijk dat hij ons ook een stadstour kan geven. We bedanken hem vriendelijk en geven hem een dikke fooi als we veilig bij ons hotel zijn aangekomen. We eten nog wat in het hotel en gaan daarna lekker slapen.

Door de hoteltaxi worden we vrijdagochtend om 8:00 naar het historisch park van Sukhotai gebracht. Dit geweldige complex vormde de hoofdstad van het eerste Thaise koninkrijk. Gezien de grote van het park huren we een fiets om de ruines te bezichtigen. Het is nog lekker rustig in het park en we zijn erg onder de indruk van de eeuwenoude tempels. Als we terugkomen in het hotel nemen we een verfrissende duik in het zwembad. Na de lunch laten we ons door een taxi vervoeren naar het busstation. Na vier uurtjes bussen, komen we aan in Lampang. We eten 's avonds heerlijk bij een restaurant aan de rivier en zijn nu al benieuwd naar de stad bij daglicht.

Lampang staat in Thailand ook wel bekend als ‘paard-en-wagen-stad'. Lampang is namelijk de enige stad waar men paard en wagen nog als transportmiddel gebruikt en daar gaan wij deze ochtend eens even gebruik van maken. Onze paardjes brengen ons langs verschillende interessante tempels en een oud teakhouten huis. Na anderhalf uur nemen we afscheid van de paarden en hun Thaise bestuurders. Er staat een minibusje voor ons klaar die ons in twee uren naar Chiang Mai brengt. Chiang Mai heeft meer dan 300 tempels, bijna evenveel als Bangkok. We bezoeken Wat Phra Singh en Wat Chedi Luang (nog 298 te gaan). De tempels hebben veel houtsnijwerk en kleur, toch weer anders dan Wat we eerder hebben gezien in Thailand. Na onze eerste kennismaking met Chiang Mai relaxen we even in het hotel. 's Avonds bezoeken we één van de vele avondbazaars van Chiang Mai en drinken we een bananenshake op het terras. Daarna gaan we nog even ruig op stap in 'Bubbles' en maken kennis met verschillende Thaise dames. Daarna snel naar bed, want de volgende ochtend moeten we weer vroeg op!

Zondagochtend staat onze minibus alweer klaar. De aankomende twee dagen gaan we jungle van Thailand verkennen. Onze eerste stop is bij een olifantentrainingskamp, waar ook een olifantenshow wordt opgevoerd. Het blijft verbazingwekkend hoeveel deze dieren kunnen leren. Onze tweede stop is bij een tempel met verschillende grotten. We lopen door één van de grotten heen en bekijken de stalagmieten en -tieten. Laurens bekijkt er één van heel dichtbij als hij zijn hoofd stoot aan een laaghangende tiet. Voor de middag staat er een junglewandeling van twee uur op het programma. De bergomgeving van Chiang Mai staat vooral bekend om de etnische minderheden die er wonen. Iedere stam heeft zijn eigen taal, gewoontes, kleding en geloofsovertuiging. De meeste volkeren zijn semi-nomaden en zijn geëmigreerd naar Thailand vanuit Tibet, Myanmar, China en Laos. Het aantal ‘bergmensen' wordt geschat op maarliefst 550.000! Na een geweldige wandeling komen we aan in een Birmees dorpje waar we de nacht zullen doorbrengen. Als enige toeristen hebben we een heel slaaphok voor ons alleen! We maken onze houten bedjes op en gaan lekker buiten zitten. Onze gids maakt een heerlijke maaltijd voor ons, zelfs de Franse frieten ontbreken niet! Er wordt speciaal voor ons een hele show opgevoerd door de dames van het dorp. Vanachter een kampvuur kijken we toe, maar we worden al snel bij het geheel betrokken. Al klappend lopen we rond het vuur en vermaken ons meesterlijk. Na de opvoering wordt er van ons verwacht dat we even een nummertje voor de dames zingen. Na Kortjakje en het slotnummer van de miniplaybackshow (Met z'n allen...) vallen ze bijna in slaap, dus besluiten we er maar een eind aan te breien. Ondanks de harde bedden en een klamboe met gaten slapen we die nacht heerlijk!

Als we de volgende ochtend rond 07:30 lekker buiten aan ons ontbijt zitten, beginnen de dorpbewoners een markt uit te stallen. Aangezien we de enige zijn hier, vragen we ons af of ze dit speciaal voor ons doen. En als we hier en daar ‘lookie lookie' horen, weten we al hoe laat het is! We doen ons best om bij ieder stalletje iets aan te schaffen en maken ons daarna klaar voor een olifantenrit. Alfons heeft een hele olifant voor zichzelf en zit al snel op de nek van het beest terwijl de chauffeur lekker in zijn mandje achterop ligt te pitten. Na de olifantenrit, springen we op een bamboeraft en glijden we langzaam de rivier af. Op weg naar Chiang Mai stoppen we voor een lekkere lunch. Pad Thai is een van onze favorieten in Thailand. Noodles met ei, groente en specerijen, jammie!! Na de lunch worden we afgezet bij een snakefarm. Van dichtbij wordt er een hele show opgevoerd met verschillende slangensoorten. We zitten eerst nog op de onderste rij stoelen, maar verplaatsen ons al vrij snel naar iets hogere plaatsen op de tribune. Laurens en Alfons krijgen zowel een Python als Cobra om de nek (iemand moet toch de foto's maken).Nog nagenietend vervolgen we onze weg naar Chiang Mai waar we rond 15:00 aankomen. Laurens en Alfons krijgen nog een afmattende Muay Thai training in een nabijgelegen stadion en bezoeken diezelfde avond nog een Muay Thai wedstrijd. Een Braziliaan die de match wint van een Thai en drie knock-outs zorgen voor een geweldige avond. We slapen die nacht heerlijk, want morgen vertrekken we naar ons eerste tropische eiland; Ko Samui!

Bangkok: de eerste dagen in Thailand

Bepakt en bezakt wachten we voor ons hotel in Kathmandu op onze transfer naar het vliegveld. Pas drie kwartier later zitten we eindelijk in de taxi. De chauffeur had nogal moeite met het vinden van ons hotel. Ook het vliegtuig heeft vertraging en we landen pas rond zes uur op het vliegveld van Bangkok. Op zich is dat geen straf aangezien de service van Thai Air erg goed is. Laurens maakt meteen gebruik van de gelegenheid om zijn eerste Thaise biertje te nuttigen. Ondanks dat het donker is, zien we meteen dat Bangkok een megagrote, moderne stad is. We horen later dat hier 16 miljoen mensen wonen, dat is heel Nederland in één stad! Nadat we zijn ingecheckt bij ons hotel, lopen we naar Kao San Road. Als we samen met alle andere toeristen en Thaise jongeren door deze straat lopen, kijken we onze ogen uit. We horen overal muziek, zien straatstalletjes met kleding, eten en zelfs cocktails. Bevallige Thaise dames proberen ons een bar in te lokken en we krijgen door een Thai onze eerste pingpong show aangeboden. In plaats daarvan eten we een lekker broodje falaffel en genieten van de parade die hier op straat plaatsvindt. In een met discolampen verlichte tuk-tuk gaan we terug naar ons hotel. Met de eerste indrukken van Bangkok op ons netvlies sluiten we onze ogen.

Op maandagochtend staan we om half zeven op het vliegveld klaar om Alfons te verwelkomen. Laurens zijn broertje reist de aankomende drie weken met ons mee door Thailand, dus dat belooft een gezellige boel te worden. Na een warm onthaal, nemen we een taxi terug naar het hotel en nuttigen een heerlijk ontbijtje. Alfons heeft last van een jetlag en wil even een paar uurtjes slapen. Dat geeft ons mooi de gelegenheid om toch even voor het dichte oor van Christina naar het ziekenhuis te gaan. De medische zorg in Thailand is goed ontwikkeld en het ziekenhuis voelt dan ook als thuis. Het oor wordt uitgezogen en voor het eerst in weken hoort Christina ook de kleine vogeltjes weer fluiten! We doen op Kao San Road nog wat ‘serious shopping' en gaan daarna terug naar het hotel. De mannen doen een duik in het zwembad en daarna lopen we naar Vieng Travel bij ons op de hoek. Dit reisbureau wordt gerund door een Nederlander en ze weten ons goed op weg te helpen. We boeken een fietstocht in Bangkok, een overland trip naar Chiang Mai (Noordelijk Thailand) en een vliegticket naar Ko Samui. 's Avonds gaan we naar het op 27 na hoogste gebouw ter wereld; de Baiyoke II toren. Vanaf de bovenste verdieping hebben we ondanks het slechte weer een geweldig uitzicht over deze wereldstad. We nuttigen een heerlijk Chinees buffet en genieten van het uitzicht. Een tuk-tuk brengt ons vervolgens terug naar het hotel. Als we proberen te slapen, begint Alfons luidruchtig te snurken en kijken we elkaar angstvallig aan. Gelukkig draait hij zich om en hebben we toch nog een heerlijke rustige nacht.

Dinsdagochtend genieten we in ons hotel van een lekker ontbijt. Het ontbijtbuffet bestaat uit toast, eieren, jam, cornflakes met melk, fruit en voor de liefhebbers nog een heel scala aan Thaise gerechten zoals rijst en noodles. Opvallend is trouwens dat het ontbijt hier bij de prijs inzit, dat hebben we nog niet eerder meegemaakt! Na het ontbijt nemen we een taxi naar het Grote Paleis en Wat Phra Kaeo. ‘Wat' staat trouwens voor tempel, waar we nog een hele hoop van zullen zien in Thailand (Wat Patat, Wat Is Dat etc.). De bouw van het Grote Paleis en Wat Phra Kaeo begon in 1782, ter gelegenheid van de stichting van de nieuwe hoofdstad Bangkok. De koninklijke familie woont nu in Dusit, maar Wat Phra Kaeo is nog steeds de heiligste tempel van Thailand. De Thaise bevolking is erg koningshuisgezind en we zien dan ook gigantische schilderijen en foto's van de koning en koningin door de hele stad. Veel mensen dragen geel, de kleur van het koningshuis. Een Thai vertelt ons later tijdens onze reis dat de koning in Thailand wordt beschouwd als heilige. We bekijken de tempel en het paleis en maken een aantal mooie foto's. Het is vandaag behoorlijk warm en de mannen zweten wat af in hun lange broek en T-shirt. Dit zijn nu eenmaal de eisen bij het bezoeken van tempels in Thailand, dus even doorbijten! We willen daarna doorlopen naar Wat Pho, maar worden aangehouden door een behulpzame Thai die een leuke route voor ons uittekent langs verschillende tempels. Wat Pho is alleen in de middag geopend voor toeristen, wat ons voldoende tijd geeft om de andere tempels te bezichtigen. Voor 20 Baht (ongeveer 50 eurocent), springen we in een tuktuk die met ons de route wil afleggen. Hij brengt ons eerst naar een Thais eettentje waar we een lekkere maaltijd nuttigen. Daarna bezoeken we een staande boeddha van 32 meter hoog, een zittende boeddha en een pakkenmakerij. De tuk-tuk chauffeur wil ons vervolgens meenemen naar een ‘shop'. Dit addertje hadden we natuurlijk al verwacht! Het is een aardige kerel en als we vragen of we iets moeten kopen, wuift hij dat met een stevig handgebaar weg. Hij verdient zijn centen al als hij toeristen langsbrengt. We maken een snel rondje door de sieradenwinkel om vervolgens door te rijden naar de gouden berg. We beklimmen de met een gouden toren bekroonde heuvel en maken een aantal foto's van het uitzicht over de stad. Als we met een lekker ijsje in onze hand klaarstaan om naar onze laatste tempel van de dag te gaan, blijkt onze tuktuk chauffeur er vandoor te zijn! We hebben hem nog niet eens betaald! Het is ondertussen na tweeën dus we nemen een andere tuk-tuk naar Wat Pho. Voordat we gaan, maken we de chauffeur eerst duidelijk dat we direct naar de eindbestemming willen zonder haltes bij souvenirwinkeltjes. Wat Pho is de oudste en grootste tempel van Bangkok. We lopen direct door naar de liggende boeddha van 46 meter lang en 15 meter hoog, erg indrukwekkend! 's Avonds gaan we naar het Lumphini Stadion voor een Muay Tai wedstrijd. Kickboksen is de nationale sport van Thailand en enorm populair. Alfons beoefent deze sport ook in Nederland wat het zien van de wedstrijd natuurlijk extra leuk maakt. Het gebruik van voeten en ellebogen is bij Muay Tai toegestaan en de wedstrijden bestaan uit vijf ronden van drie minuten. Nadat we kaarten voor de eerste ring hebben geregeld, eten we wat in de buurt van het stadion. Om 18:30 begint de eerste van de tien wedstrijden van vanavond. Het zijn mooie, snelle rondes met rondvliegende bloedspetters en een uitzinnig publiek. Thai zijn fanatieke gokkers en ze zetten vaak veel geld in op hun favoriete bokser. We nemen na dit spectaculaire evenement een taxi naar ons hotel.

Op woensdag stappen we in de taxi naar de beginplaats voor onze fietstocht van vandaag. Het verkeer in Bangkok is gekkenwerk en we komen veel te laat aan. De groep is al vertrokken, maar na even goed doortrappen zijn we bij en kan het avontuur beginnen. We fietsen met twee gidsen en een gezin van vier uit Nederland. We fietsen door kleine straatjes, steegjes, over de markt en door de achterbuurtjes. Daarna gaan we met de fietsen op een longtailboot en maken een ontspannen tochtje over de rivier. Aan de overkant zetten we onze tocht voort. We fietsen door een jungleachtige omgeving over smalle paadjes om daarna een heerlijke lunch te nuttigen bij een klein restaurant. We maken op de terugweg richting de rivier nog een stop bij een vijver om de vissen te voeren. Daarna gaan we weer met een boot terug naar de overkant en fietsen daarna in een kwartier terug naar ons beginpunt. Fietsen is een geweldige manier om Bangkok eens vanuit een ander oogpunt te bekijken. Ondanks dat de skytrain van Bangkok niet echt een stop maakt in de buurt van ons hotel, besluiten we er toch een ritje mee te maken. We komen tot de conclusie dat deze skytrain veel weg heeft van de gewone trein in Nederland, maar wel wat moderner is. Onze laatste avond in Bangkok kunnen we niet voorbij laten gaan zonder een bezoek aan Kao San Road. We struinen door de winkeltjes met namaakkleding en na stevig onderhandelen kopen we hier en daar wat leuke kleding. Laurens gaat naar de kapper voor een make-over en we eten de allerslechtste pizza allertijden! We drinken een paar biertjes op het terras en Christina gaat ook nog even naar de kapper. Daarna stappen we ‘Club Immortal' aan Kao San Road binnen en schuurt Alfons zijn eerste Thaise chick. Een geweldige afsluiting van ons (eerste) bezoek aan deze hectische, maar mooie stad!

Relaxen, raften en rijden op een olifant in Nepal

Vandaag maken we de grensovergang van China naar Nepal. Zoals we gewend zijn, moeten we twee uren wachten voordat we door Chinese immigratie zijn. Gelukkig zijn we met nog meer dan vijftig wachtende toeristen, dus erg gezellig! Na de grensovergang gaan we met een taxi naar het Nepalese grensplaatsje Kodari. Het viel ons vanmorgen al op dat de omgeving veel groener is dan wat we de afgelopen weken in Tibet zijn gewend. Bij de Nepalese grens halen we voor 30 dollar per persoon een visa en wandelen dan officieel onze bestemming voor de aankomende tien dagen binnen; Nepal! Na veel onderhandelen met verschillende chauffeurs, vinden we uiteindelijk iemand die ons voor 90 dollar naar Kathmandu wil brengen. We rijden met uitzicht op bergen, rivieren en watervallen naar Katmandu Valley. De rit duurt normaal gesproken rond de vijf uur, maar gezien de rijstijl van onze Nepalese chauffeur rijden we na drie uur Kathmandu binnen.

Het valt ons meteen op dat het verkeer hier totaal niet gereguleerd is, we kijken elkaar regelmatig angstig aan en zijn blij als we heelhuids aankomen bij onze eindbestemming. We vinden een heerlijk hotel in de Thamelregio van de hoofdstad. Na een lekkere douche besluiten we een hapje te gaan eten. Het centrum van Thamel is erg chaotisch. De meeste straten zijn niet bestraat en het wemelt hier van de auto's, brommers, motors, rickshaws, fietsers en voetgangers. We kijken onze ogen uit, dit is wel even wennen na de vlaktes van Tibet! Tot onze verbazing komen er regelmatig Nepalezen op ons af die ons marihuana willen verkopen. Als we de geschiedenisboeken erop naslaan, schijnt Nepal in de jaren ‘60 en ‘70 een behoorlijke hippieperiode te hebben gekend. Ondanks dat het gebruik van marihuana illegaal is, wordt het nog volop aangeboden en gebruikt. We eten heerlijk bij een van de vele (westerse) restaurants in deze regio. Na het eten verkennen we Thamel nog even en gaan daarna heerlijk slapen op een bed met een ECHT matras!

Vrijdag slapen we lekker uit en boeken na het ontbijt onze vliegtickets naar Bangkok, een dagje raften en een tweedaagse trip naar nationaal park Chitwan. We lopen daarna naar één van de belangrijkste bezienswaardigheden van Kathmandu; Durbar Square. Durbar Square is één van de drie koninklijke paleispleinen in Kathmandu. Het Hanuman Dhoka Paleis was de koninklijke verblijfplaats tot en met de 19e eeuw. Tot op de dag van vandaag vinden er nog belangrijke ceremonies plaats. Naast het paleis is Durbar Square het centrum van verschillende tempels en pleinen. De meest vreemde attractie is de Kumari Chowk. Deze kooi lijkt op een soort tempel en is de verblijfplaats van een jong meisje. Zij is volgens een oud en mystiek proces verkozen tot de menselijke reïncarnatie van de moedergod van het Hindoeïsme. Ze wordt aanbeden tijdens verschillende religieuze festivals en laat zich soms zien aan het publiek. Bij de eerste tekenen van volwassenheid wordt er een nieuwe godin gekozen. Wij vinden het maar zielig dat zo'n jong meisje wordt afgesloten van de buitenwereld! Om een mooi overzicht te krijgen van de chaos in en rond Durbar Square, nemen we plaats op de bovenste trede van één van de tempels. Het is duidelijk dat Nepal geen rijk land is, volgens statistieken leeft meer dan de helft van de bevolking beneden de armoedegrens. Bedelende vrouwen en kinderen komen veel voor in Nepal. Dit heeft deels te maken met het feit dat zowel het hindoeïsme als boeddhisme het doen van giften aanmoedigt. We worden in Durbar Square vooral aangesproken door kleine kinderen en hoe lastig het ook is, we geven de kinderen geen geld. Het schijnt dat ze dan worden bestolen of in elkaar worden geslagen en het geven van geld zal de kinderen alleen maar aanmoedigen om de straat op te gaan. We zien één van de toeristen een kind koekjes en frisdrank geven. Tot onze verbazing rennen ze ermee rond en spelen ermee, zo'n honger en dorst hebben ze dus ook wer niet. Desondanks blijft het een triest straatbeeld.

Na een lekkere dag van ontspanning, maken we ons zondag klaar om te gaan raften op de Trisuli rivier. Na een busreis van twee uren worden we afgezet bij het startpunt. De rivier is vrij rustig en we worden eerder nat van de watergevechten onderling dan van de rapids. Na ons avontuur nemen we afscheid van Tim, met wie we bijna drie weken hebben rondgereisd, snik! Hij gaat naar Phokara voor een Annapurna trekking (iets wat wij ook echt nog eens willen doen trouwns!) en wij rijden door naar Chitwan National Park waar we verblijven in een hutje midden in de jungle. Als we aankomen is het al donker en we gaan dan ook lekker vroeg slapen. Het is een vochtige, erg hete omgeving zonder airco, waardoor vooral Laurens een zware nacht heeft. Gelukkig maakt de olifantenrit om 06:00 in de ochtend alles goed! De omgeving is hier geweldig! Tijdens onze rit zien we neushoorns in actie, reeën en apen. Na onze indrukwekkende rit krijgen we een heerlijk ontbijt. Het is hier ontzettend rustig, waardoor we echt alle aandacht krijgen van al het personeel. Na het ontbijt krijgen we een korte introductie over de vogels en planten in dit park. Het meest leuke aan de hele rondleiding is het feit dat we langs de olifantenstal komen waar we de dieren van dichtbij kunnen bekijken, super! Voor de rondleidingen worden alleen vrouwtjes gebruikt, ze zijn vaak rustiger dan de mannetjes en hebben geen last van bronstigheid. Er leven in dit gebied ook wilde olifanten en een aantal jaren terug is één van de vrouwtjes bevrucht door een wild mannetje. Zo kunnen we nu ook een klein olifantje van tien maanden zien. Ze wil steeds spelen en rent op bezoekers af. Hoe lief dat ook lijkt, dit beest kan je verpletteren dus we blijven maar een eindje uit de buurt. Om half drie krijgen we een olifantenbriefing. Het komt erop neer dat één van de gidsen ons met behulp van een levend exemplaar de verschillen uitlegt tussen de Afrikaanse en Indische olifant. Het is geweldig om dit enorme dier van zo dichtbij te kunnen bekijken. Na de introductie mogen we nog via de slurf dit gigantische beest beklimmen. Je stapt via de slurf op de kop, waar je dan even hulpeloos blijft liggen, hoe kom ik nou op de nek zonder met mijn voeten in haar ogen te steken? Na deze geweldige ervaring relaxen we even in onze hut. 's Avonds hebben we nog een ouderwetse diashow over Chitwan, waarna we lekker gaan slapen in een gelukkig iets koelere omgeving dan gisteren.

De volgende ochtend zitten we om 6:00 weer op de olifantenrug en banen we ons een weg door de jungle. Het is indrukwekkend hoe deze kolossale dieren zich voortbewegen. Ze richten ondanks hun grote lichamen weinig schade aan en met hun zachte poten laten ze weinig sporen na. De olifant wordt bestuurd door een pahit en met korte commando's doen de beesten precies wat ze willen. Met een enkele kik grijpt het beest met zijn slurf gigantische takken om de weg voor ons vrij te maken. Aangezien een olifant 200 kilo voedsel per dag nodig heeft, neemt hij onderweg regelmatig halve bomen mee om zijn honger te stillen. Tijdens deze rit zien we de geweldige luipaard. Deze gigantische kat kijkt ons vanuit één van de bomen doordringend aan, geweldig! We zien nog een aantal neushoorns een grote hagedis. Na het ontbijt worden we op de lokale bus gezet en worden we in vijf uren teruggebracht naar Kathmandu. We kiezen ervoor om een aantal dagen lekker rustig aan te doen. Op vrijdag brengen we nog een bezoek aan Durbar Square. Op zaterdag staan we vroeg op, want vandaag gaan we (weer) raften. Ons ritje op de Trisuli was leuk maar verre van spannend. De Bhote Kosi belooft wat meer spannende momenten met rapids van niveau drie tot vier+. Er moet nog een andere groep worden opgehaald, waardoor we nog twee uren moeten wachten tot we vertrekken! We hebben al eerder geconstateerd dat de definitie van dienstverlening hier heel anders is dan in Nederland. De Nepalezen doen alles in de tijd van de betalende toerist, zeker geen goede plek voor ongeduldige mensen. Het raften is overigens geweldig en een hele ervaring! Na twee uren worden we weer opgehaald door een bus die ons terugbrengt naar Kathmandu. Nepal is een geweldig land met verschillende gezichten. Het is jammer dat we niet meer tijd hebben om het land te bekijken. Voor nu bereiden we ons voor op het vertrek naar het land van de glimlach; Thailand!